1. Snoei in je informatie 

Als je té veel informatie geeft, gaat je communicatie z’n doel voorbij. Of zoals Ben Van Hamersveld het zegt: “volledigheid is je vijand”. Dat gaat zowel op voor tekst als beelden.  

Schrap dus alle overbodige details: zowel in de tekst als op een foto. Wil je het bijvoorbeeld hebben over een kind met een helm? Haal dan alle overbodige informatie weg.  

2. Laat je onderwerp kijken naar de handeling 

Wil je je doelgroep iets laten uitvoeren? Bijvoorbeeld een brief posten? Dan is het goed om de handeling in beeld te brengen. Laat de persoon die de handeling toont niet in de lens kijken, maar naar het onderwerp. Dat is duidelijker en zet meer aan tot actie. 

Bijvoorbeeld: Twee mogelijke beelden bij ‘Doe het pakket op de post’. De eerste foto is verwarrend: de aandacht ligt op de persoon zelf en niet op de handeling doordat ze in de lens kijkt.  

Foto 1:

Foto 2:

Bij deze tweede foto is er minder ruimte voor misinterpretatie.  

Of bekijk deze foto’s eens. Hier doet een vrouw een brief op de post. Ze kijkt in beide foto’s naar de handeling. De eerste foto geeft veel achtergrondcontext, de tweede foto is duidelijker. 

 Foto 1:

Foto 2:

Wel een belangrijke opmerking: de brievenbus is niet herkenbaar voor een Belgisch publiek. Gebruik dus herkenbare beelden. 

3. Zorg voor eenduidige betekenis 

Hoe complexer je beeld, hoe meer interpretatie aan je beeld kan gegeven worden. Als je je doelgroep wil aanzetten tot actie, zijn er twee mogelijkheden om misinterpretatie te voorkomen: 

• Beeld letterlijk uit wat je wil zeggen: wil je dat iemand de handen wast? Toon dan een foto of illustratie (in kleur) van handen. 

• Beeld zaken vrijstaand en plat af. Moet je doelgroep een identiteitskaart meebrengen? Toon dan een foto, in kleur, van een identiteitskaart. Neem de foto van bovenaf, dat maakt het eenduidiger. 

4. Zet samen wat samen hoort 

Dit klinkt zeer logisch, maar toch loopt het regelmatig verkeerd. We zijn geprogrammeerd om wat bij elkaar staat als één te interpreteren. Je kan op 3 manieren je info groeperen: 

• Wat dicht bij elkaar staat, hoort samen 

• Wat in een kader staat, hoort samen 

• Wat dezelfde achtergrond heeft, hoort samen 

Een voorbeeld van de signalisatie in het station Antwerpen-centraal. Foto 1 is de oorspronkelijke foto. Door de scheiding tussen de pijl naar beneden en het icoon van de trein is het minder duidelijk dat je de roltrap moet nemen. Bovendien kan het kader rond de sporen verwarring veroorzaken: moet je daarvoor ook naar beneden? Twee kleine aanpassingen maken de boodschap al veel duidelijker, zoals je ziet op foto 2.

Foto 1:

Foto 2: 

Foto’s: Ben van Hamersveld 

Door deze tips toe te passen, maak je je beelden meer leesbaar en begrijpelijk voor je doelgroep.  

Wil je meer weten? Deze tips worden ook toegepast in beeldbrieven. Meer informatie daarover lees je in het artikel ‘Wat is het nut van beeldbrieven?’.